Vins du Monde |

U bent hier

> Rode Druiven
Rode Wijnen
Rosé Wijnen
Witte Wijnen
Mousserende Wijnen
Blaufrankisch
De druivensoort Blaufränkisch is vooral te vinden in Oostenrijk, Duitsland en enkele Zuid-Europese landen als Italië Ca. 95% van de Oostenrijkse Blaufränkisch productie komt uit het wijngebied Mittelburgenland, waar hij door het klimaat het best gedijt. Een zeer fruitige druivensoort. Hij is ook bekend onder de namen: Lemberger, Limberger (Duitsland), Kékfrankos (Hongarije), Frankovka (Kroatië, Slowenië, Tsjechië, Slowakije) en Frankonia (Italië). De druif is middelgroot tot groot.
Cabernet Franc
Een toegankelijke, kruidige, donkerblauwe druivensoort die vrijwel altijd wordt vergeleken met de cabernet sauvignon. Net als deze druif heeft de cabernet franc flink wat tannine, maar blijft minder uitgesproken in geur en smaak, wel wat kruidiger. Ook rijpt cabernet franc vroeger wat hem mede bestaansrecht geeft in Bordeaux. In de Loire, waar hij veel is aangeplant , geeft hij helderrode, frisse fruitige wijnen. De druif heeft een geur en smaak van aardbeien of frambozen, viooltjes en potloodslijpsel. In koelere klimaten zoals in de Loire worden de wijnen fris en fruitig. Ook wordt de Cabernet Franc veel gebruikt als basis voor rosé. Deze rosé’s zijn kruidig, wat boers met een donkerroze kleur.
Cabernet Sauvignon
Een kleine doffe donkerblauwe druif met een dikke schil. Het sap is zeer aromatisch. In een typische Cabernet Sauvignon ruikt en proeft u naast zwarte bessen ook groene paprika, pure chocolade en munt. In de geur speciaal viooltjes, cederhout (sigarenkistjes) en potloodslijpsel. De druif heeft één van de hoogste pit-vruchtvlees verhoudingen: 1 op 12. Pitten zijn, naast de schil, de belangrijkste tanninebron van wijn. Door zijn tannine is deze druif zeer geschikt om op eikenhouten vaten te rijpen. Dat maakt de stroeve tannine zacht en soepel. Als deze druif in een te koel klimaat groeit nijgen de wijnen naar onrijpheid en zijn wat dun. Een te warm klimaat maakt de wijn wat vlak en geeft een indruk van gestoofd fruit in de geur en smaak.
Carménère
Een druivensoort voor rode wijn met een zeer lage opbrengst die erg gevoelig is voor coulure, het door weersveranderingen niet goed verlopen van de bloei met als gevolg een slechte oogst. Na de phylloxera, de insekt die rondom het begin van de twintigste eeuw een ravage had aangericht in de wijngaarden van bijna de gehele wereld, is deze druivensoort bijna niet meer aangeplant in Bordeaux noch de rest van de wereld. Recent beleeft deze soort een revival in Chili.
Cinsaut
Blauwe druivensoort van goede kwaliteit die best gedijt in de warmere wijnbouwgebieden. Is hoofdzakelijk aangeplant in het Middellandse-Zeegebied. De Cinsaut geeft hoge opbrengsten, maar wanneer men de oogstrendementen controleert, levert hij donkerder gekleurde, krachtiger wijnen met een hoger zuurgehalte dan de Grenache en aroma's van braambessen en muskaatnoot. Doordat de druif een diepe kleur, een stevig karakter en een mooi zuurgehalte levert, is hij zeer geliefd in vele Zuidfranse melanges. Hij wordt dan ook gerekend tot de betere druivensoorten. In Zuid-Afrika is veel Cinsaut aangeplant onder de naam Hermitage. Dit is een verwarrende naam omdat in het Hermitagegebied in de noordelijke Rhône geen Cinsaut staat aangeplant; het gebied heeft zijn enorme reputatie te danken aan de Syrah. Ook aangeplant in Italië, onder de naam Ottavianello.
Durif
Duivensoort voor rode wijn die eind 19e eeuw is ontwikkeld door dr. Durif. Oorspronkelijk aangeplant in Frankrijk, Ardeche en Isere, maar in deze gebieden komt de soort niet meer voor. Tegenwoordig vooral bekend als Petite Sirah in Californie. Onder deze naam gevonden in Victoria, Australia. De wijnen van deze druivensoort hebben veel kleur en tannine en hoge zuren.
Garnacha
Een sterke druivensoort voor rode wijn, die goed tegen extreme hitte kan. De druif heeft een dunne schil met weinig pigment en is daarom zeer geschikt om rosé te produceren. De rode wijnen van de Garnacha kunnen wat weinig kleur hebben. De druif rijpt lang en kan zo een zeer hoog suikerniveau ontwikkelen. De wijnen van de Garnacha kenmerken zich door een zeer fruitige bijna zoete smaak waarin bramen en wat peper zijn te ontdekken. De Garnacha is in Spanje’s enorme wijnbouwareaal de meest aangeplante donkere wijnstok. Hij is een van de ingrediënten van Spanje’s beroemde wijn Vega Sicilia.
Grenache
Grenache is een sterke druivensoort voor rode wijn, die goed tegen extreme hitte kan. De druif heeft een dunne schil met weinig pigment en is daarom zeer geschikt om rosé te produceren. De rode wijnen van Grenache kunnen wat weinig kleur hebben. De druif rijpt lang en kan zo een zeer hoog suikerniveau ontwikkelen. De wijnen van de Grenache kenmerken zich door een zeer fruitige bijna zoete smaak waarin bramen en wat peper zijn te ontdekken. De Garnacha is in Spanje’s enorme wijnbouwareaal de meest aangeplante donkere wijnstok. Hij is een van de ingrediënten van Spanje’s beroemde wijn Vega Sicilia, ook is hij belangrijk in de Châteauneuf du Pape.
Kékfrankos
De druif Blaufränkisch wordt voornamelijk in Oostenrijk verbouwd. Hier vindt men de druif vooral in Burgenland bij het Neusiedlermeer.Van dezedruif maakt men fruitige rode wijnen, die vaak op een vat worden gerijpt. In Hongarije wordt deze druif verbouwd onder de naam Kékfrankos.
Kékoporto
Het gebied rond Villány leent zich met name voor het telen van rode druivensoorten en Villány staat dan ook bekend als het ware thuis van de blauwe Portugese wijn; Villány Kékoportó of Villányi Portugieser. De Villány Burgundy is niet van de pinot noir maar van blaufränkisch-druiven gemaakt. Ook maakt men wijnen van de cabernet franc en cabernet sauvignon. Het klimaat heeft een bevorderlijke invloed op de teelt, aangezien deze regio de hoogste gemiddelde jaartemperatuur van Hongarije heeft. Neem daarbij de kwaliteit van de bodem en je hebt een uitstekende formule voor de beste wijnen uit de regio. Bovendien zorgt de nabijgelegen rivier, de Drava, voor dauw op de bladeren van de wijnstok, wat vooral ’s zomers belangrijk is omdat dit nuttige insecten aantrekt. Een interessant, bijkomstig geologisch fenomeen is dat de hete waterlagen de wijnranken van onderaf warm houden.Villány was de eerste streek waar de boeren zelf hun rode wijnen gingen bottelen, wijnen die het konden opnemen tegen bekende wijnen van west Europa. De wijnen worden in houten vaten gegist waardoor ze rijk zijn aan smaak en geur. De lokale wijnen staan dan ook bekend om hun volle body, intensieve boeket en hoge alcoholpercentage. Vier van de wijnmakers uit deze regio mogen zich inmiddels beroemen op de titel ‘wijnmaker van het jaar’ en genieten zowel in Hongarije, als ver daarbuiten, een uitstekende reputatie. In Villány worden de duurste rode wijnen van Hongarije geproduceerd.
Malbec
Malbec is een boerse, ronde druivensoort voor rode wijn. Het sap is zacht en heeft een laag zuurgehalte. De Malbec is vooral bekend in de Cahors, waar hij Auxerrois of Cot heet en volle, tannine-rijke wijnen geeft. In Argentinië is de druivensoort veel aangeplant en geeft hij goede, rijke oogsten. In de druif vindt men de geur en smaak van gedroogd fruit, zwarte bessen en pruimen. In Argentinë is de wijn zacht, in de Cahors meer tannine-rijk.
Merlot
Een productieve, vroeg rijpe, fruitige donkerblauwe druivensoort. Het sap is weelderig, fruitig en kan zwoel bijna zoet zijn. In de merlot ruikt en proeft u kersen, bessen en pruimen. Maar ook kunt u rozen ruiken en potloodslijpsel. De druif heeft een niet al te dikke schil, een relatief hoog suikergehalte en is in potentie erg productief. De merlot bloeit vroeg in het voorjaar en is dan blootgesteld aan de gevaren van nachtvorst. Als de productie te hoog wordt, worden de wijnen dun en licht. Merlot komt in Bordeaux tot nu toe het best tot zijn recht. De druif wordt vaak gebruikt om in een blend de strengheid van de cabernet sauvignon te verzachten. Maar de merlot gedreven grote wijnen van St. Emilion en Pomerol bewijzen dat merlot ook als primaire variëteit aan de basis van een grote wijn kan staan.
Mourvèdre
Een sterke druivensoort voor rode wijn met een zeer dikke schil. De wijnen die hiervan gemaakt worden bevatten veel tannine en suiker, en genoeg zuren. De soort is beroemd om de rode Bandol wijnen uit Zuid-Frankrijk. Mourvèdre gedijt in Frankrijk het best in de Franse Provence, omdat deze druif de volle kracht van de zon nodig heeft om te rijpen. De varieteit wordt ook in blends gebruikt in de Franse Rhône. Daarnaast worden de wijnstokken in grote getalen aangeplant in de Australische, Californische en Spaanse wijngaarden. Gedijt goed in extreme klimaten: hete zomers en koude winters. Loopt laat uit en is laat rijp, dus is geschikt voor de zuidelijker gebieden. Niet erg geschikt voor lang rijpen want hij heeft de neiging tot oxideren. Er wordt overigens ook dessert wijn van gemaakt. In smaak en geur treft men wilde bramen, specerijen, peper en ook leer en meer aardse tonen. Ook bekend onder de naam Monastrell. Goed bij (geroosterd) vlees en wild. De naam is waarschijnlijk afkomstig van het stadje Muviedro bij Valencia waar hij vandaan moet komen.
Nero d'Avola
Druivensoort voor rode wijn die vooral voorkomt op Sicilië, Italië. Deze soort geeft donkere, zachte maar toch stevige rode wijnen. De soort wordt de laatste jaren steeds meer aangeplant, ook in Australië.
Petit Verdot
Een zeer donkere druif voor rode wijn met een dike schil. Vroeger speelde Petit Verdot een grotere rol dan tegenwoordig. Petit Verdot rijpt zeer laat waardoor er maar weinig gebieden zijn waar hij tot gehele rijpheid komt, namelijk daar waar het langer warm blijft. Als hij goed rijp is geeft de Petit Verdot een peperige, gekruide, geurige wijn met veel smaak, tannine, kleur en alcohol.
Pinot Noir
Een rode bourgogne-druif met een dunne schil. De druiventros lijkt in vorm op de "pinot", pijnboomappel, vanwaar de naam. Deze druivensoort is in staat de meest fantastische wijnen voort te brengen, die zeer lang weggelegd kunnen worden. De vele kleine verschillen in terroir, zo typerend voor de Bourgogne, worden middels deze druivensoort uitgedrukt en doorgegeven. De rijping ervan is relatief vroeg, dus dat maakt hem minder geschikt voor warme gebieden. Pinot noir is gevoelig voor de omvang van de oogst, dus er dient flink gereduceerd te worden voor de pluk. In de jongere wijnen proeven we frambozen, aardbeien, kersen, viooltjes en kool. In de oudere wijnen treffen we meer aardse tonen en een bouquet dat doet denken aan wild en soms zelfs drop. De nogal kleine druiven groeien dicht tegen de steel. tros. Behalve in de Bourgogne vinden we de Pinot Noir ook in de Elzas en de Jura in assemblages. Ook in rosé Sancerre komen we hem tegen.
Pinotage
Blauwe druivensoort van goede kwaliteit. Een typisch Zuid-Afrikaanse soort. Het is een kruising van de Pinot Noir en de Cinsaut. Omdat men in Zuid-Afrika de Cinsaut ook wel Hermitage noemt (naar de beroemde AOC in het noordelijk Rhônegebied) komt men na samenvoeging van delen van beide namen op Pinotage. Karakteristiek voor de wijnen van de Pinotage is het typische, ietwat gebrande of rubberachtige geur en smaakpatroon. Ook bezitten ze vaak een vrij warm en gestoofd aandoend karakter. De betere wijnen kunnen goed rijpen en hebben diepgang. Tegenwoordig meer en meer aangeplant in Nieuw-Zeeland.
Ruby Cabernet
Is een kruising door Olmo in 1936 van de Carignan en de Cabernet Sauvignon. Mist de verfijning en diepgang van de Cabernet Sauvignon. Heeft echter de donkere kleur van de Carignan en geeft wijnen die in hun jeugd wat betreft fruitigheid aan die van de Cabernet Sauvignon doen denken. Veel aangeplant in Californië, Zuid-Afrika, Australië en Argentinië. Meestal zijn de wijnen vrij alcoholisch en gestoofd van karakter waarin aardbeienconfituur valt te herkennen. Jong smaken ze het beste.
Sangiovese
Een oude druivensoort die overal in Italië is aangeplant. In Italië vindt men vele gekloonde versies van deze soort, de meesten daarvan produceren niet dezelfde kwaliteit als de Sangiovese. De Sangiovese is de druivensoort voor de duurste Italiaanse wijn, de Brunello di Montalcino en is daarnaast natuurlijk ook de basis voor de Chianti. In het algemeen heeft de wijn een lichte kleur en heeft hij een wat aardse smaak en geur met fruittonen.
Shiraz
Een zeer sterke druivensoort voor rode wijn. Belangrijk in de valei van de Rhône en in Australië, waar men deze soort ‘shiraz’ noemt. De wijnen van de syrah hebben een hoog tannine-gehalte, zonder stroef te zijn. Ze ruiken en smaken naar blauw fruit zoals zwarte bessen, met een sterk gekruide toon van vers gemalen peper en andere kruiden. Deze druivensoort is beroemd om zijn grote wijnen uit het noorden van de Rhône, bijvoorbeeld de Hermitage en de Côte Rotie. De shiraz brengt enkele van de beste wijnen van Australië voort.
Tannat
Druivensoort voor rode wijn die stevige wijnen met veel kleur, een stevige structuur en een hoog tannine gehalte levert. Meest bekend als basis van de rode wijnen uit Madiran maar ook aanwezig in bijvoorbeeld Uruguay. De wijnen hebben een aroma van rood fruit. Meestal heeft de wijn een lange houtrijping ondergaan.
Tempranillo
Een typisch Spaanse druivensoort voor rode wijn, die vroeg rijp is (de naam Tempranillo betekent dan ook ‘vroeg’). De Tempranillo heeft een dikke schil en brengt wijnen voort met een diepe kleur, met weinig alcohol en die lang bewaard kan worden zonder kleur te verliezen. De wijn heeft een fruitige smaak en geur, met weinig zuur en sommige wijnen hebben iets van specerijen en rood fruit. Synonymen: Aragones, Tinto fino, Tinto del país, Tinta de Toro, Tinto de Madrid, Tinta Roriz, Ull de llebre en Cencibel.
Zweigelt
De Blauer Zweigelt is de meest voorkomende blauwe druivensoort in Oostenrijk (8%). Deze druif werd in 1922 ontwikkeld door de Oostenrijkse geleerde dr. Zweigelt door het kruisen van de St. Laurent en de Blaufrankisch druif. Een heldere robijnrode kleur. Een elegant, karakteristiek kersen-bouquet, spoor van zwarte bessen, zoethout en amandel. Soepele, milde tannines. Zeer mooi glas wijn, niet al te zwaar en erg lekker bij een mals stukje vlees.